Ondanks een vrij korte nacht stap ik vanochtend redelijk makkelijk uit bed. Binnen een mum van tijd is mijn humeur opperbest; het concert van Alicia Keys was goed, het zonnetje schijnt en de wereld buiten ziet er verder vredig uit in zijn verse witte jas. Omdat de linker crank van mijn fiets donderdag was gebroken en mijn fiets daarom bij de fietsenmaker staat ben ik vandaag afhankelijk van het openbaar vervoer om mij naar mijn werkplek te brengen. Tenminste… zo dicht mogelijk.
Krantje op tijd dicht, spullen snel in de tas en weg ben ik. LL Cool J op de iPod en ondertussen genieten van het zonnetje. Net op tijd bij de bushalte, dus toch maar even controleren of de tijden in de afgelopen 10 maanden niet veranderd zijn. Nee hoor, 07.45 uur (de tijd dat ik bij de bushalte ben) en nog steeds elke 10 minuten. Als er na vijf minuten nog steeds geen bus is ga ik er gemakshalve vanuit dat de geplande bus iets aan de vroege kant was. Geen enkel probleem, met de bus van 07.55 uur ben ik nog steeds ruim op tijd. Die nam ik vroeger tenslotte ook altijd.
Ondertussen is het al iets over achten. Hmm, nog steeds niets te zien en bij de halte begon het al wat drukker te worden. Ach, misschien een bus tussenuit gevallen door het slechte weer. Kan gebeuren… De muziek is lekker en ik beweeg er nog een beetje op ook (zal er best wel raar uitzien voor de anderen, maar who cares?). Dan krijg je het niet zo snel koud, da’s mooi meegenomen. Bovendien kunnen mijn tenen wel wat bloed gebruiken, want ondertussen begin ik het idee te krijgen dat ik met tien ijsklontjes in mijn schoenen bij de halte sta.
Het is gezellig druk bij de halte geworden; we staan met een mannetje (en vrouwtje) of 25. De eerste is al terug gelopen naar huis en anderen zie ik druk bellen met iemand. Ik luister nog steeds naar Ladies Love Cool James, dus gaat de inhoud van het gesprek aan mij voorbij. Anderen zie ik chagrijnig naar hun polsen kijken. Hmm, eens even kijken. Goh, het is als vijf voor half negen. De vijfde bus zou nu moeten verschijnen. Zou moeten… Mooie woordencombinatie om aan te geven dat niet altijd alles loopt zoals het hoort.
Half negen stopt er eindelijk zo’n groen witte reus (op de kleurencombinatie valt niets af te dingen). Al bijna bomvol en de groep is inmiddels gegroeid naar zo’n dertig mensen. De bestuurder wijst naar achteren en het grootste gedeelte van de groep loopt naar de achterste deuren om in te stappen. Zelf had ik iets verder gekeken (een meter of dertig) en zag de volgende bus vlak achter deze bus. In plaats van me als een sardine in deze bus te proppen wacht ik samen met nog vijf anderen op de volgende bus, die (hoe verrassend) nagenoeg leeg is.
Kralingse Zoom… Als ik het perron daar oploop zie ik weer een massa mensen staan. Is de metro hier ook 45 minuten niet op komen dagen? Na een minuut rolt er een het station binnen. Hoewel deze al behoorlijk vol zit, weet het merendeel van de mensen zich er nog in te proppen. De beelden van de Japanse metro schieten even door mijn hoofd. Waar is de beambte die de laatste mensen in de metro perst? Dan hadden er best nog 10 meer meegekund. Op het scherm staat dat er over een minuut weer een komt. Ik ben toch al laat, dus die ene minuut maakt dan ook niet meer uit. Dus ik besluit om me niet tegen mijn voorgangster aan te persen, maar even geduld uit te oefenen. Wederom wordt mijn geduld beloond en is er meer dan genoeg ruimte in de wagon.
Om tien over negen stap ik eindelijk mijn kantoor binnen. Bij elkaar ben ik dus anderhalf uur onderweg geweest. Just for the record: met mijn fiets ben ik normaalgesproken in 20 á 25 minuten van de Prinsenpolder op de Coolsingel. Zelfs met de auto had ik niet zo lang onderweg geweest, alle files en drukte ten spijt. Ik vraag me dan ook af hoe de heren en dames politici zich nog steeds het hoofd kunnen breken over de vraag, waarom, ondanks torenhoge benzineprijzen, mensen niet uit hun auto en het openbaar vervoer in te krijgen zijn… Moeilijke keuze hoor!